[1896-1958]

Eduard Erdmann

Eduard Erdmann (1896 - 1958) was een Baltisch/Duits componist en pianist.
Hij werd geboren in Wenden / Livland (nu: Cesis / Letland) en was de achterneef van de filosoof Johann Eduard Erdmann. Hij ontving zijn eerste piano en muziektheorie lessen in Riga. Vanaf 1914 studeerde hij in Berlijn piano bij Conrad Ansorge en compositie bij Heinz Tiessen. In de jaren 20 en begin 30 werd Erdmann beschouwd als een vooraanstaand componist, maar vooral, ook internationaal, als een excellent pianist - een pleitbezorger van zowel Beethoven als hedendaagse componisten. In 1925 gaf Erdmann een eerste uitvoering van Artur Schnabels Pianosonate tijdens het ISCM festival in Venetië. Vanaf 1925 doceerde hij aan de muziekakademie van Keulen, maar werd in 1935 door de nazis gedwongen ontslag te nemen. In de daarop volgende donkere jaren bleef Erdmann in Duitsland en trok zich terug in een zogenaamde 'innere Emigration', zoals vele van zijn collega's (componist K.A.Hartmann / schrijver Erich Kästner), die door omstandigheden niet naar het buitenland konden emigreren. Hij hervatte zijn lespraktijk in 1950 aan de 'Hochschule für Musik' te Hamburg tot hij in 1958 aan een hartverlamming bezweek.
Onder zijn studenten behoorden de gebroeders Kontarsky, groot pleitbezorgers van hedendaagse muziek.
Voor Erdmanns muziek is tot op heden weinig belangstelling en de meeste van zijn werken zijn dan ook niet uitgegeven.
Als componist vestigde hij voor het eerst de aandacht in 1919 met een Eerste Symfonie (opgedragen aan Alban Berg). Hij raakte bevriend met Busoni's leerling Philip Jarnach als ook met Ernst Krenek, Artur Schnabel en de schilder Emil Nolde. Evenals Tiessen en Schnabel was Erdmann zeer onder de indruk van het expressionisme van Schönberg en Berg ook al schreef hij zelf niet in het 12-toons systeem. Hij prefereerde een vrij en veelal tonaal chromatisch idioom waarin toonsoorten een geringe rol speelden. Zijn totale oeuvre is niet groot en bevat verrassenderwijze weinig werken voor piano. Wél schreef hij vier symfonieën, waarvan nr.3 en 4 van na de oorlog dateren.
   
Bron: wikipedia